Conjugatie van het werkwoord summer in het Engels in alle tijden

Hier zijn de vervoegingstabellen voor het werkwoord summer in het Engels.

Conjugatie van het werkwoord summer in de tegenwoordige tijd

Present Tense

  • I summer
  • you summer
  • he|she|it summers
  • we summer
  • you summer
  • they summer

Present Continuous

  • I am summering
  • you are summering
  • he|she|it is summering
  • we are summering
  • you are summering
  • they are summering

Present Perfect

  • I have summered
  • you have summered
  • he|she|it has summered
  • we have summered
  • you have summered
  • they have summered

Present Perfect Continuous

  • I have been summering
  • you have been summering
  • he|she|it has been summering
  • we have been summering
  • you have been summering
  • they have been summering

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Present drukt in het Engels gewoonte, frequentie, algemene waarheid en toestand uit. De Present Continuous drukt vooral het idee uit van een actie of activiteit die nog aan de gang is. De Present Perfect drukt begrippen uit die altijd betrekking hebben op het heden of het gevolg van een gebeurtenis. Tenslotte associeert de Present Perfect Continuous met het idee van activiteit dat van duur.

Conjugatie van het werkwoord summer in de verleden tijd

Simple past

  • I summered
  • you summered
  • he|she|it summered
  • we summered
  • you summered
  • they summered

Past continuous

  • I was summering
  • you were summering
  • he|she|it was summering
  • we were summering
  • you were summering
  • they were summering

Past perfect

  • I had summered
  • you had summered
  • he|she|it had summered
  • we had summered
  • you had summered
  • they had summered

Past perfect continuous

  • I had been summering
  • you had been summering
  • he|she|it had been summering
  • we had been summering
  • you had been summering
  • they had been summering

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Simple Past drukt voltooide handelingen uit die geen verband houden met het heden, gedateerde handelingen of gewoonten uit het verleden. Het wordt heel vaak gebruikt in het Engels. De Past Continuous (Simple Past + ING) daarentegen wordt gebruikt om te spreken over lopende acties in het verleden of een actie in het verleden die aan de gang is wanneer een andere actie plaatsvindt. De Past Perfect wordt gebruikt om aan te geven dat de actie plaatsvond vóór een andere actie in het verleden. Ten slotte wordt de Past Perfect Continuous gebruikt om te verwijzen naar een continue actie in het verleden die is voortgezet tot een andere actie in het verleden.

Conjugatie van het werkwoord summer in de toekomstige tijd

Future

  • I will summer
  • you will summer
  • he|she|it will summer
  • we will summer
  • you will summer
  • they will summer

Future continuous

  • I will be summering
  • you will be summering
  • he|she|it will be summering
  • we will be summering
  • you will be summering
  • they will be summering

Future perfect

  • I will have summered
  • you will have summered
  • he|she|it will have summered
  • we will have summered
  • you will have summered
  • they will have summered

Future perfect continuous

  • I will have been summering
  • you will have been summering
  • he|she|it will have been summering
  • we will have been summering
  • you will have been summering
  • they will have been summering

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Toekomst wordt gebruikt om te praten over feitelijke handelingen in de toekomst. De Toekomst Continue wordt gebruikt om te praten over dingen die in de toekomst zullen gebeuren. De Future Perfect is een vervoegingstijd die niet vaak wordt gebruikt in het Engels, deze vervoegingstijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige feitelijke handeling voorafgaand aan een andere. De Future Perfect Continuous ten slotte wordt zeer zelden gebruikt, deze tijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige actie die aan de gang is en voorafgaat aan een andere.

De verschillende vormen van het deelwoord in het Engels, voor het werkwoord to summer

Present participle

  • summering

Past participle

  • summered

Perfect Participle

  • having summered

De gebiedende wijs in het Engels, voor het werkwoord to summer

Imperative

  • summer
  • let's summer
  • summer

Vervoeg een ander werkwoord in het Engels

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken in het Engels: chance drabble salute scunge stun sulphonate summarize summersault superannuate telex upchuck