Conjugatie van het werkwoord widow in het Engels in alle tijden

Hier zijn de vervoegingstabellen voor het werkwoord widow in het Engels.

Conjugatie van het werkwoord widow in de tegenwoordige tijd

Present Tense

  • I widow
  • you widow
  • he|she|it widows
  • we widow
  • you widow
  • they widow

Present Continuous

  • I am widowing
  • you are widowing
  • he|she|it is widowing
  • we are widowing
  • you are widowing
  • they are widowing

Present Perfect

  • I have widowed
  • you have widowed
  • he|she|it has widowed
  • we have widowed
  • you have widowed
  • they have widowed

Present Perfect Continuous

  • I have been widowing
  • you have been widowing
  • he|she|it has been widowing
  • we have been widowing
  • you have been widowing
  • they have been widowing

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Present drukt in het Engels gewoonte, frequentie, algemene waarheid en toestand uit. De Present Continuous drukt vooral het idee uit van een actie of activiteit die nog aan de gang is. De Present Perfect drukt begrippen uit die altijd betrekking hebben op het heden of het gevolg van een gebeurtenis. Tenslotte associeert de Present Perfect Continuous met het idee van activiteit dat van duur.

Conjugatie van het werkwoord widow in de verleden tijd

Simple past

  • I widowed
  • you widowed
  • he|she|it widowed
  • we widowed
  • you widowed
  • they widowed

Past continuous

  • I was widowing
  • you were widowing
  • he|she|it was widowing
  • we were widowing
  • you were widowing
  • they were widowing

Past perfect

  • I had widowed
  • you had widowed
  • he|she|it had widowed
  • we had widowed
  • you had widowed
  • they had widowed

Past perfect continuous

  • I had been widowing
  • you had been widowing
  • he|she|it had been widowing
  • we had been widowing
  • you had been widowing
  • they had been widowing

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Simple Past drukt voltooide handelingen uit die geen verband houden met het heden, gedateerde handelingen of gewoonten uit het verleden. Het wordt heel vaak gebruikt in het Engels. De Past Continuous (Simple Past + ING) daarentegen wordt gebruikt om te spreken over lopende acties in het verleden of een actie in het verleden die aan de gang is wanneer een andere actie plaatsvindt. De Past Perfect wordt gebruikt om aan te geven dat de actie plaatsvond vóór een andere actie in het verleden. Ten slotte wordt de Past Perfect Continuous gebruikt om te verwijzen naar een continue actie in het verleden die is voortgezet tot een andere actie in het verleden.

Conjugatie van het werkwoord widow in de toekomstige tijd

Future

  • I will widow
  • you will widow
  • he|she|it will widow
  • we will widow
  • you will widow
  • they will widow

Future continuous

  • I will be widowing
  • you will be widowing
  • he|she|it will be widowing
  • we will be widowing
  • you will be widowing
  • they will be widowing

Future perfect

  • I will have widowed
  • you will have widowed
  • he|she|it will have widowed
  • we will have widowed
  • you will have widowed
  • they will have widowed

Future perfect continuous

  • I will have been widowing
  • you will have been widowing
  • he|she|it will have been widowing
  • we will have been widowing
  • you will have been widowing
  • they will have been widowing

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Toekomst wordt gebruikt om te praten over feitelijke handelingen in de toekomst. De Toekomst Continue wordt gebruikt om te praten over dingen die in de toekomst zullen gebeuren. De Future Perfect is een vervoegingstijd die niet vaak wordt gebruikt in het Engels, deze vervoegingstijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige feitelijke handeling voorafgaand aan een andere. De Future Perfect Continuous ten slotte wordt zeer zelden gebruikt, deze tijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige actie die aan de gang is en voorafgaat aan een andere.

De verschillende vormen van het deelwoord in het Engels, voor het werkwoord to widow

Present participle

  • widowing

Past participle

  • widowed

Perfect Participle

  • having widowed

De gebiedende wijs in het Engels, voor het werkwoord to widow

Imperative

  • widow
  • let's widow
  • widow

Vervoeg een ander werkwoord in het Engels

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken in het Engels: devise glove suspire teasel wean whoop widen wield wimp