Conjugatie van het werkwoord vivisect in het Engels in alle tijden

Hier zijn de vervoegingstabellen voor het werkwoord vivisect in het Engels.

Conjugatie van het werkwoord vivisect in de tegenwoordige tijd

Present Tense

  • I vivisect
  • you vivisect
  • he|she|it vivisects
  • we vivisect
  • you vivisect
  • they vivisect

Present Continuous

  • I am vivisecting
  • you are vivisecting
  • he|she|it is vivisecting
  • we are vivisecting
  • you are vivisecting
  • they are vivisecting

Present Perfect

  • I have vivisected
  • you have vivisected
  • he|she|it has vivisected
  • we have vivisected
  • you have vivisected
  • they have vivisected

Present Perfect Continuous

  • I have been vivisecting
  • you have been vivisecting
  • he|she|it has been vivisecting
  • we have been vivisecting
  • you have been vivisecting
  • they have been vivisecting

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Present drukt in het Engels gewoonte, frequentie, algemene waarheid en toestand uit. De Present Continuous drukt vooral het idee uit van een actie of activiteit die nog aan de gang is. De Present Perfect drukt begrippen uit die altijd betrekking hebben op het heden of het gevolg van een gebeurtenis. Tenslotte associeert de Present Perfect Continuous met het idee van activiteit dat van duur.

Conjugatie van het werkwoord vivisect in de verleden tijd

Simple past

  • I vivisected
  • you vivisected
  • he|she|it vivisected
  • we vivisected
  • you vivisected
  • they vivisected

Past continuous

  • I was vivisecting
  • you were vivisecting
  • he|she|it was vivisecting
  • we were vivisecting
  • you were vivisecting
  • they were vivisecting

Past perfect

  • I had vivisected
  • you had vivisected
  • he|she|it had vivisected
  • we had vivisected
  • you had vivisected
  • they had vivisected

Past perfect continuous

  • I had been vivisecting
  • you had been vivisecting
  • he|she|it had been vivisecting
  • we had been vivisecting
  • you had been vivisecting
  • they had been vivisecting

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Simple Past drukt voltooide handelingen uit die geen verband houden met het heden, gedateerde handelingen of gewoonten uit het verleden. Het wordt heel vaak gebruikt in het Engels. De Past Continuous (Simple Past + ING) daarentegen wordt gebruikt om te spreken over lopende acties in het verleden of een actie in het verleden die aan de gang is wanneer een andere actie plaatsvindt. De Past Perfect wordt gebruikt om aan te geven dat de actie plaatsvond vóór een andere actie in het verleden. Ten slotte wordt de Past Perfect Continuous gebruikt om te verwijzen naar een continue actie in het verleden die is voortgezet tot een andere actie in het verleden.

Conjugatie van het werkwoord vivisect in de toekomstige tijd

Future

  • I will vivisect
  • you will vivisect
  • he|she|it will vivisect
  • we will vivisect
  • you will vivisect
  • they will vivisect

Future continuous

  • I will be vivisecting
  • you will be vivisecting
  • he|she|it will be vivisecting
  • we will be vivisecting
  • you will be vivisecting
  • they will be vivisecting

Future perfect

  • I will have vivisected
  • you will have vivisected
  • he|she|it will have vivisected
  • we will have vivisected
  • you will have vivisected
  • they will have vivisected

Future perfect continuous

  • I will have been vivisecting
  • you will have been vivisecting
  • he|she|it will have been vivisecting
  • we will have been vivisecting
  • you will have been vivisecting
  • they will have been vivisecting

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Toekomst wordt gebruikt om te praten over feitelijke handelingen in de toekomst. De Toekomst Continue wordt gebruikt om te praten over dingen die in de toekomst zullen gebeuren. De Future Perfect is een vervoegingstijd die niet vaak wordt gebruikt in het Engels, deze vervoegingstijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige feitelijke handeling voorafgaand aan een andere. De Future Perfect Continuous ten slotte wordt zeer zelden gebruikt, deze tijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige actie die aan de gang is en voorafgaat aan een andere.

De verschillende vormen van het deelwoord in het Engels, voor het werkwoord to vivisect

Present participle

  • vivisecting

Past participle

  • vivisected

Perfect Participle

  • having vivisected

De gebiedende wijs in het Engels, voor het werkwoord to vivisect

Imperative

  • vivisect
  • let's vivisect
  • vivisect

Vervoeg een ander werkwoord in het Engels

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken in het Engels: deluge froth stretcher superpose vail vitiate vivify vizor volplane wish