Conjugatie van het werkwoord know in het Engels in alle tijden

Hier zijn de vervoegingstabellen voor het werkwoord know in het Engels.

Conjugatie van het werkwoord know in de tegenwoordige tijd

Present Tense

  • I know
  • you know
  • he|she|it knows
  • we know
  • you know
  • they know

Present Continuous

  • I am knowing
  • you are knowing
  • he|she|it is knowing
  • we are knowing
  • you are knowing
  • they are knowing

Present Perfect

  • I have known
  • you have known
  • he|she|it has known
  • we have known
  • you have known
  • they have known

Present Perfect Continuous

  • I have been knowing
  • you have been knowing
  • he|she|it has been knowing
  • we have been knowing
  • you have been knowing
  • they have been knowing

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Present drukt in het Engels gewoonte, frequentie, algemene waarheid en toestand uit. De Present Continuous drukt vooral het idee uit van een actie of activiteit die nog aan de gang is. De Present Perfect drukt begrippen uit die altijd betrekking hebben op het heden of het gevolg van een gebeurtenis. Tenslotte associeert de Present Perfect Continuous met het idee van activiteit dat van duur.

Conjugatie van het werkwoord know in de verleden tijd

Simple past

  • I knew
  • you knew
  • he|she|it knew
  • we knew
  • you knew
  • they knew

Past continuous

  • I was knowing
  • you were knowing
  • he|she|it was knowing
  • we were knowing
  • you were knowing
  • they were knowing

Past perfect

  • I had known
  • you had known
  • he|she|it had known
  • we had known
  • you had known
  • they had known

Past perfect continuous

  • I had been knowing
  • you had been knowing
  • he|she|it had been knowing
  • we had been knowing
  • you had been knowing
  • they had been knowing

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Simple Past drukt voltooide handelingen uit die geen verband houden met het heden, gedateerde handelingen of gewoonten uit het verleden. Het wordt heel vaak gebruikt in het Engels. De Past Continuous (Simple Past + ING) daarentegen wordt gebruikt om te spreken over lopende acties in het verleden of een actie in het verleden die aan de gang is wanneer een andere actie plaatsvindt. De Past Perfect wordt gebruikt om aan te geven dat de actie plaatsvond vóór een andere actie in het verleden. Ten slotte wordt de Past Perfect Continuous gebruikt om te verwijzen naar een continue actie in het verleden die is voortgezet tot een andere actie in het verleden.

Conjugatie van het werkwoord know in de toekomstige tijd

Future

  • I will know
  • you will know
  • he|she|it will know
  • we will know
  • you will know
  • they will know

Future continuous

  • I will be knowing
  • you will be knowing
  • he|she|it will be knowing
  • we will be knowing
  • you will be knowing
  • they will be knowing

Future perfect

  • I will have known
  • you will have known
  • he|she|it will have known
  • we will have known
  • you will have known
  • they will have known

Future perfect continuous

  • I will have been knowing
  • you will have been knowing
  • he|she|it will have been knowing
  • we will have been knowing
  • you will have been knowing
  • they will have been knowing

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Toekomst wordt gebruikt om te praten over feitelijke handelingen in de toekomst. De Toekomst Continue wordt gebruikt om te praten over dingen die in de toekomst zullen gebeuren. De Future Perfect is een vervoegingstijd die niet vaak wordt gebruikt in het Engels, deze vervoegingstijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige feitelijke handeling voorafgaand aan een andere. De Future Perfect Continuous ten slotte wordt zeer zelden gebruikt, deze tijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige actie die aan de gang is en voorafgaat aan een andere.

De verschillende vormen van het deelwoord in het Engels, voor het werkwoord to know

Present participle

  • knowing

Past participle

  • known

Perfect Participle

  • having known

De gebiedende wijs in het Engels, voor het werkwoord to know

Imperative

  • know
  • let's know
  • know

Vervoeg een ander werkwoord in het Engels

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken in het Engels: geld green jolly knife knot knuckle labialize luminesce old-talk prefigure sway