Conjugatie van het werkwoord judaize in het Engels in alle tijden

Hier zijn de vervoegingstabellen voor het werkwoord judaize in het Engels.

Conjugatie van het werkwoord judaize in de tegenwoordige tijd

Present Tense

  • I judaize
  • you judaize
  • he|she|it judaizes
  • we judaize
  • you judaize
  • they judaize

Present Continuous

  • I am judaizing
  • you are judaizing
  • he|she|it is judaizing
  • we are judaizing
  • you are judaizing
  • they are judaizing

Present Perfect

  • I have judaized
  • you have judaized
  • he|she|it has judaized
  • we have judaized
  • you have judaized
  • they have judaized

Present Perfect Continuous

  • I have been judaizing
  • you have been judaizing
  • he|she|it has been judaizing
  • we have been judaizing
  • you have been judaizing
  • they have been judaizing

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Present drukt in het Engels gewoonte, frequentie, algemene waarheid en toestand uit. De Present Continuous drukt vooral het idee uit van een actie of activiteit die nog aan de gang is. De Present Perfect drukt begrippen uit die altijd betrekking hebben op het heden of het gevolg van een gebeurtenis. Tenslotte associeert de Present Perfect Continuous met het idee van activiteit dat van duur.

Conjugatie van het werkwoord judaize in de verleden tijd

Simple past

  • I judaized
  • you judaized
  • he|she|it judaized
  • we judaized
  • you judaized
  • they judaized

Past continuous

  • I was judaizing
  • you were judaizing
  • he|she|it was judaizing
  • we were judaizing
  • you were judaizing
  • they were judaizing

Past perfect

  • I had judaized
  • you had judaized
  • he|she|it had judaized
  • we had judaized
  • you had judaized
  • they had judaized

Past perfect continuous

  • I had been judaizing
  • you had been judaizing
  • he|she|it had been judaizing
  • we had been judaizing
  • you had been judaizing
  • they had been judaizing

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Simple Past drukt voltooide handelingen uit die geen verband houden met het heden, gedateerde handelingen of gewoonten uit het verleden. Het wordt heel vaak gebruikt in het Engels. De Past Continuous (Simple Past + ING) daarentegen wordt gebruikt om te spreken over lopende acties in het verleden of een actie in het verleden die aan de gang is wanneer een andere actie plaatsvindt. De Past Perfect wordt gebruikt om aan te geven dat de actie plaatsvond vóór een andere actie in het verleden. Ten slotte wordt de Past Perfect Continuous gebruikt om te verwijzen naar een continue actie in het verleden die is voortgezet tot een andere actie in het verleden.

Conjugatie van het werkwoord judaize in de toekomstige tijd

Future

  • I will judaize
  • you will judaize
  • he|she|it will judaize
  • we will judaize
  • you will judaize
  • they will judaize

Future continuous

  • I will be judaizing
  • you will be judaizing
  • he|she|it will be judaizing
  • we will be judaizing
  • you will be judaizing
  • they will be judaizing

Future perfect

  • I will have judaized
  • you will have judaized
  • he|she|it will have judaized
  • we will have judaized
  • you will have judaized
  • they will have judaized

Future perfect continuous

  • I will have been judaizing
  • you will have been judaizing
  • he|she|it will have been judaizing
  • we will have been judaizing
  • you will have been judaizing
  • they will have been judaizing

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Toekomst wordt gebruikt om te praten over feitelijke handelingen in de toekomst. De Toekomst Continue wordt gebruikt om te praten over dingen die in de toekomst zullen gebeuren. De Future Perfect is een vervoegingstijd die niet vaak wordt gebruikt in het Engels, deze vervoegingstijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige feitelijke handeling voorafgaand aan een andere. De Future Perfect Continuous ten slotte wordt zeer zelden gebruikt, deze tijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige actie die aan de gang is en voorafgaat aan een andere.

De verschillende vormen van het deelwoord in het Engels, voor het werkwoord to judaize

Present participle

  • judaizing

Past participle

  • judaized

Perfect Participle

  • having judaized

De gebiedende wijs in het Engels, voor het werkwoord to judaize

Imperative

  • judaize
  • let's judaize
  • judaize

Vervoeg een ander werkwoord in het Engels

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken in het Engels: furlough glitch issue jounce jubilate judder jumpstart lip-read nonsuit postmark sunburn