Conjugatie van het werkwoord intitule in het Engels in alle tijden

Hier zijn de vervoegingstabellen voor het werkwoord intitule in het Engels.

Conjugatie van het werkwoord intitule in de tegenwoordige tijd

Present Tense

  • I intitule
  • you intitule
  • he|she|it intitules
  • we intitule
  • you intitule
  • they intitule

Present Continuous

  • I am intituling
  • you are intituling
  • he|she|it is intituling
  • we are intituling
  • you are intituling
  • they are intituling

Present Perfect

  • I have intituled
  • you have intituled
  • he|she|it has intituled
  • we have intituled
  • you have intituled
  • they have intituled

Present Perfect Continuous

  • I have been intituling
  • you have been intituling
  • he|she|it has been intituling
  • we have been intituling
  • you have been intituling
  • they have been intituling

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Present drukt in het Engels gewoonte, frequentie, algemene waarheid en toestand uit. De Present Continuous drukt vooral het idee uit van een actie of activiteit die nog aan de gang is. De Present Perfect drukt begrippen uit die altijd betrekking hebben op het heden of het gevolg van een gebeurtenis. Tenslotte associeert de Present Perfect Continuous met het idee van activiteit dat van duur.

Conjugatie van het werkwoord intitule in de verleden tijd

Simple past

  • I intituled
  • you intituled
  • he|she|it intituled
  • we intituled
  • you intituled
  • they intituled

Past continuous

  • I was intituling
  • you were intituling
  • he|she|it was intituling
  • we were intituling
  • you were intituling
  • they were intituling

Past perfect

  • I had intituled
  • you had intituled
  • he|she|it had intituled
  • we had intituled
  • you had intituled
  • they had intituled

Past perfect continuous

  • I had been intituling
  • you had been intituling
  • he|she|it had been intituling
  • we had been intituling
  • you had been intituling
  • they had been intituling

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Simple Past drukt voltooide handelingen uit die geen verband houden met het heden, gedateerde handelingen of gewoonten uit het verleden. Het wordt heel vaak gebruikt in het Engels. De Past Continuous (Simple Past + ING) daarentegen wordt gebruikt om te spreken over lopende acties in het verleden of een actie in het verleden die aan de gang is wanneer een andere actie plaatsvindt. De Past Perfect wordt gebruikt om aan te geven dat de actie plaatsvond vóór een andere actie in het verleden. Ten slotte wordt de Past Perfect Continuous gebruikt om te verwijzen naar een continue actie in het verleden die is voortgezet tot een andere actie in het verleden.

Conjugatie van het werkwoord intitule in de toekomstige tijd

Future

  • I will intitule
  • you will intitule
  • he|she|it will intitule
  • we will intitule
  • you will intitule
  • they will intitule

Future continuous

  • I will be intituling
  • you will be intituling
  • he|she|it will be intituling
  • we will be intituling
  • you will be intituling
  • they will be intituling

Future perfect

  • I will have intituled
  • you will have intituled
  • he|she|it will have intituled
  • we will have intituled
  • you will have intituled
  • they will have intituled

Future perfect continuous

  • I will have been intituling
  • you will have been intituling
  • he|she|it will have been intituling
  • we will have been intituling
  • you will have been intituling
  • they will have been intituling

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Toekomst wordt gebruikt om te praten over feitelijke handelingen in de toekomst. De Toekomst Continue wordt gebruikt om te praten over dingen die in de toekomst zullen gebeuren. De Future Perfect is een vervoegingstijd die niet vaak wordt gebruikt in het Engels, deze vervoegingstijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige feitelijke handeling voorafgaand aan een andere. De Future Perfect Continuous ten slotte wordt zeer zelden gebruikt, deze tijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige actie die aan de gang is en voorafgaat aan een andere.

De verschillende vormen van het deelwoord in het Engels, voor het werkwoord to intitule

Present participle

  • intituling

Past participle

  • intituled

Perfect Participle

  • having intituled

De gebiedende wijs in het Engels, voor het werkwoord to intitule

Imperative

  • intitule
  • let's intitule
  • intitule

Vervoeg een ander werkwoord in het Engels

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken in het Engels: ford fur inspissate intertwine intimidate intonate introspect knot mordant pinpoint straddle