Conjugatie van het werkwoord garden in het Engels in alle tijden

Hier zijn de vervoegingstabellen voor het werkwoord garden in het Engels.

Conjugatie van het werkwoord garden in de tegenwoordige tijd

Present Tense

  • I garden
  • you garden
  • he|she|it gardens
  • we garden
  • you garden
  • they garden

Present Continuous

  • I am gardening
  • you are gardening
  • he|she|it is gardening
  • we are gardening
  • you are gardening
  • they are gardening

Present Perfect

  • I have gardened
  • you have gardened
  • he|she|it has gardened
  • we have gardened
  • you have gardened
  • they have gardened

Present Perfect Continuous

  • I have been gardening
  • you have been gardening
  • he|she|it has been gardening
  • we have been gardening
  • you have been gardening
  • they have been gardening

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Present drukt in het Engels gewoonte, frequentie, algemene waarheid en toestand uit. De Present Continuous drukt vooral het idee uit van een actie of activiteit die nog aan de gang is. De Present Perfect drukt begrippen uit die altijd betrekking hebben op het heden of het gevolg van een gebeurtenis. Tenslotte associeert de Present Perfect Continuous met het idee van activiteit dat van duur.

Conjugatie van het werkwoord garden in de verleden tijd

Simple past

  • I gardened
  • you gardened
  • he|she|it gardened
  • we gardened
  • you gardened
  • they gardened

Past continuous

  • I was gardening
  • you were gardening
  • he|she|it was gardening
  • we were gardening
  • you were gardening
  • they were gardening

Past perfect

  • I had gardened
  • you had gardened
  • he|she|it had gardened
  • we had gardened
  • you had gardened
  • they had gardened

Past perfect continuous

  • I had been gardening
  • you had been gardening
  • he|she|it had been gardening
  • we had been gardening
  • you had been gardening
  • they had been gardening

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Simple Past drukt voltooide handelingen uit die geen verband houden met het heden, gedateerde handelingen of gewoonten uit het verleden. Het wordt heel vaak gebruikt in het Engels. De Past Continuous (Simple Past + ING) daarentegen wordt gebruikt om te spreken over lopende acties in het verleden of een actie in het verleden die aan de gang is wanneer een andere actie plaatsvindt. De Past Perfect wordt gebruikt om aan te geven dat de actie plaatsvond vóór een andere actie in het verleden. Ten slotte wordt de Past Perfect Continuous gebruikt om te verwijzen naar een continue actie in het verleden die is voortgezet tot een andere actie in het verleden.

Conjugatie van het werkwoord garden in de toekomstige tijd

Future

  • I will garden
  • you will garden
  • he|she|it will garden
  • we will garden
  • you will garden
  • they will garden

Future continuous

  • I will be gardening
  • you will be gardening
  • he|she|it will be gardening
  • we will be gardening
  • you will be gardening
  • they will be gardening

Future perfect

  • I will have gardened
  • you will have gardened
  • he|she|it will have gardened
  • we will have gardened
  • you will have gardened
  • they will have gardened

Future perfect continuous

  • I will have been gardening
  • you will have been gardening
  • he|she|it will have been gardening
  • we will have been gardening
  • you will have been gardening
  • they will have been gardening

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Toekomst wordt gebruikt om te praten over feitelijke handelingen in de toekomst. De Toekomst Continue wordt gebruikt om te praten over dingen die in de toekomst zullen gebeuren. De Future Perfect is een vervoegingstijd die niet vaak wordt gebruikt in het Engels, deze vervoegingstijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige feitelijke handeling voorafgaand aan een andere. De Future Perfect Continuous ten slotte wordt zeer zelden gebruikt, deze tijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige actie die aan de gang is en voorafgaat aan een andere.

De verschillende vormen van het deelwoord in het Engels, voor het werkwoord to garden

Present participle

  • gardening

Past participle

  • gardened

Perfect Participle

  • having gardened

De gebiedende wijs in het Engels, voor het werkwoord to garden

Imperative

  • garden
  • let's garden
  • garden

Vervoeg een ander werkwoord in het Engels

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken in het Engels: dose edge fringe gangrape garble gargle gas gulf inter misappropriate scandal transition