Conjugatie van het werkwoord feast in het Engels in alle tijden

Hier zijn de vervoegingstabellen voor het werkwoord feast in het Engels.

Conjugatie van het werkwoord feast in de tegenwoordige tijd

Present Tense

  • I feast
  • you feast
  • he|she|it feasts
  • we feast
  • you feast
  • they feast

Present Continuous

  • I am feasting
  • you are feasting
  • he|she|it is feasting
  • we are feasting
  • you are feasting
  • they are feasting

Present Perfect

  • I have feasted
  • you have feasted
  • he|she|it has feasted
  • we have feasted
  • you have feasted
  • they have feasted

Present Perfect Continuous

  • I have been feasting
  • you have been feasting
  • he|she|it has been feasting
  • we have been feasting
  • you have been feasting
  • they have been feasting

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Present drukt in het Engels gewoonte, frequentie, algemene waarheid en toestand uit. De Present Continuous drukt vooral het idee uit van een actie of activiteit die nog aan de gang is. De Present Perfect drukt begrippen uit die altijd betrekking hebben op het heden of het gevolg van een gebeurtenis. Tenslotte associeert de Present Perfect Continuous met het idee van activiteit dat van duur.

Conjugatie van het werkwoord feast in de verleden tijd

Simple past

  • I feasted
  • you feasted
  • he|she|it feasted
  • we feasted
  • you feasted
  • they feasted

Past continuous

  • I was feasting
  • you were feasting
  • he|she|it was feasting
  • we were feasting
  • you were feasting
  • they were feasting

Past perfect

  • I had feasted
  • you had feasted
  • he|she|it had feasted
  • we had feasted
  • you had feasted
  • they had feasted

Past perfect continuous

  • I had been feasting
  • you had been feasting
  • he|she|it had been feasting
  • we had been feasting
  • you had been feasting
  • they had been feasting

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Simple Past drukt voltooide handelingen uit die geen verband houden met het heden, gedateerde handelingen of gewoonten uit het verleden. Het wordt heel vaak gebruikt in het Engels. De Past Continuous (Simple Past + ING) daarentegen wordt gebruikt om te spreken over lopende acties in het verleden of een actie in het verleden die aan de gang is wanneer een andere actie plaatsvindt. De Past Perfect wordt gebruikt om aan te geven dat de actie plaatsvond vóór een andere actie in het verleden. Ten slotte wordt de Past Perfect Continuous gebruikt om te verwijzen naar een continue actie in het verleden die is voortgezet tot een andere actie in het verleden.

Conjugatie van het werkwoord feast in de toekomstige tijd

Future

  • I will feast
  • you will feast
  • he|she|it will feast
  • we will feast
  • you will feast
  • they will feast

Future continuous

  • I will be feasting
  • you will be feasting
  • he|she|it will be feasting
  • we will be feasting
  • you will be feasting
  • they will be feasting

Future perfect

  • I will have feasted
  • you will have feasted
  • he|she|it will have feasted
  • we will have feasted
  • you will have feasted
  • they will have feasted

Future perfect continuous

  • I will have been feasting
  • you will have been feasting
  • he|she|it will have been feasting
  • we will have been feasting
  • you will have been feasting
  • they will have been feasting

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Toekomst wordt gebruikt om te praten over feitelijke handelingen in de toekomst. De Toekomst Continue wordt gebruikt om te praten over dingen die in de toekomst zullen gebeuren. De Future Perfect is een vervoegingstijd die niet vaak wordt gebruikt in het Engels, deze vervoegingstijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige feitelijke handeling voorafgaand aan een andere. De Future Perfect Continuous ten slotte wordt zeer zelden gebruikt, deze tijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige actie die aan de gang is en voorafgaat aan een andere.

De verschillende vormen van het deelwoord in het Engels, voor het werkwoord to feast

Present participle

  • feasting

Past participle

  • feasted

Perfect Participle

  • having feasted

De gebiedende wijs in het Engels, voor het werkwoord to feast

Imperative

  • feast
  • let's feast
  • feast

Vervoeg een ander werkwoord in het Engels

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken in het Engels: deplane dig externalise favor fear feather feed foray hem lag remaster superimpose