Conjugatie van het werkwoord better in het Engels in alle tijden

Hier zijn de vervoegingstabellen voor het werkwoord better in het Engels.

Conjugatie van het werkwoord better in de tegenwoordige tijd

Present Tense

  • I better
  • you better
  • he|she|it betters
  • we better
  • you better
  • they better

Present Continuous

  • I am bettering
  • you are bettering
  • he|she|it is bettering
  • we are bettering
  • you are bettering
  • they are bettering

Present Perfect

  • I have bettered
  • you have bettered
  • he|she|it has bettered
  • we have bettered
  • you have bettered
  • they have bettered

Present Perfect Continuous

  • I have been bettering
  • you have been bettering
  • he|she|it has been bettering
  • we have been bettering
  • you have been bettering
  • they have been bettering

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Present drukt in het Engels gewoonte, frequentie, algemene waarheid en toestand uit. De Present Continuous drukt vooral het idee uit van een actie of activiteit die nog aan de gang is. De Present Perfect drukt begrippen uit die altijd betrekking hebben op het heden of het gevolg van een gebeurtenis. Tenslotte associeert de Present Perfect Continuous met het idee van activiteit dat van duur.

Conjugatie van het werkwoord better in de verleden tijd

Simple past

  • I bettered
  • you bettered
  • he|she|it bettered
  • we bettered
  • you bettered
  • they bettered

Past continuous

  • I was bettering
  • you were bettering
  • he|she|it was bettering
  • we were bettering
  • you were bettering
  • they were bettering

Past perfect

  • I had bettered
  • you had bettered
  • he|she|it had bettered
  • we had bettered
  • you had bettered
  • they had bettered

Past perfect continuous

  • I had been bettering
  • you had been bettering
  • he|she|it had been bettering
  • we had been bettering
  • you had been bettering
  • they had been bettering

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Simple Past drukt voltooide handelingen uit die geen verband houden met het heden, gedateerde handelingen of gewoonten uit het verleden. Het wordt heel vaak gebruikt in het Engels. De Past Continuous (Simple Past + ING) daarentegen wordt gebruikt om te spreken over lopende acties in het verleden of een actie in het verleden die aan de gang is wanneer een andere actie plaatsvindt. De Past Perfect wordt gebruikt om aan te geven dat de actie plaatsvond vóór een andere actie in het verleden. Ten slotte wordt de Past Perfect Continuous gebruikt om te verwijzen naar een continue actie in het verleden die is voortgezet tot een andere actie in het verleden.

Conjugatie van het werkwoord better in de toekomstige tijd

Future

  • I will better
  • you will better
  • he|she|it will better
  • we will better
  • you will better
  • they will better

Future continuous

  • I will be bettering
  • you will be bettering
  • he|she|it will be bettering
  • we will be bettering
  • you will be bettering
  • they will be bettering

Future perfect

  • I will have bettered
  • you will have bettered
  • he|she|it will have bettered
  • we will have bettered
  • you will have bettered
  • they will have bettered

Future perfect continuous

  • I will have been bettering
  • you will have been bettering
  • he|she|it will have been bettering
  • we will have been bettering
  • you will have been bettering
  • they will have been bettering

Hoe gebruik je deze vervoegingen in het Engels? De Toekomst wordt gebruikt om te praten over feitelijke handelingen in de toekomst. De Toekomst Continue wordt gebruikt om te praten over dingen die in de toekomst zullen gebeuren. De Future Perfect is een vervoegingstijd die niet vaak wordt gebruikt in het Engels, deze vervoegingstijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige feitelijke handeling voorafgaand aan een andere. De Future Perfect Continuous ten slotte wordt zeer zelden gebruikt, deze tijd wordt gebruikt om te spreken over een toekomstige actie die aan de gang is en voorafgaat aan een andere.

De verschillende vormen van het deelwoord in het Engels, voor het werkwoord to better

Present participle

  • bettering

Past participle

  • bettered

Perfect Participle

  • having bettered

De gebiedende wijs in het Engels, voor het werkwoord to better

Imperative

  • better
  • let's better
  • better

Vervoeg een ander werkwoord in het Engels

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken in het Engels: bedizen betake betroth bewail bide breast-feed cold-shoulder dent inactivate oversew